Brand, bankroof, bier en beren (en nog veel meer) - Reisverslag uit Toronto, Canada van Lars Oorsprong - WaarBenJij.nu Brand, bankroof, bier en beren (en nog veel meer) - Reisverslag uit Toronto, Canada van Lars Oorsprong - WaarBenJij.nu

Brand, bankroof, bier en beren (en nog veel meer)

Blijf op de hoogte en volg Lars

12 Juni 2013 | Canada, Toronto

Eindelijk weer eens tijd/zin om wat te schrijven. Zonet nog even spanning en drama op het werk, het brandalarm ging af... Onder begeleiding van de security werden we uit het gebouw, naar buiten gebracht. De security guy kwam ons kantoor binnen en riep: ‘Ok guys, let’s go, leave everything and move’ , nou vind ik de hele gedachte van ‘alles achterlaten’ altijd zo iets doms, dus pakte ik mijn laptop. Ik heb alles op mijn laptop staan en wil best een paar brandwonden oplopen om mijn research voor school niet opnieuw te moeten schrijven. Uiteraard, op dat moment kijkt die security guy naar mij en roept ‘Leave it’ , ik doe net of ik hem niet hoor en grijp ook nog snel mij laptoptas, hallo mijn lunch zit in die tas en ik wil geen honger lijden. Nu is die vent echt pissig, heeft hij eindelijk voor het eerst in zijn doelloze security carrière een calamiteit, wil hij eens de stoere, levensreddende politieagent uithangen, is daar zo’n droge dikke Hollander die niet meteen als een randdebiel naar buiten rent maar rustig zijn spulletjes bij elkaar zoekt en op z’n dooie akker naar buiten wandelt. Enfin, eenmaal buiten staan we allemaal lekker in de zon te wachten op dat het gebouw voor onze ogen tot de grond toe af fikt, helaas, op wat voorbijrazende brandweerwagens en rennende politieagenten na gebeurt er niks. Na een klein half uur kunnen we weer naar binnen, onderweg zie ik de ietwat teleurgestelde security guy staan, ik knik naar hem met een boterham in mijn mond en een laptop onder mijn armen, de held…

De afgelopen weken zijn voorbij gevlogen, ik heb het dan ook heel druk gehad. In de weken na het congres was het op het werk vooral druk met het inwerken van een nieuwe Franse collega en voorbereidingen treffen voor de AGM (Annual General Meeting). Tussendoor waren we druk bezig met een interactieve online map van Toronto en een lobbycampagne tegen de oneerlijke en soms absurd hoge property taxes in de GTA. Één van de hoogtepunten was de AGM, hier had ik de promo presentatie voor gemaakt en mijzelf overal slinks via foto’s in verwerkt. Aan het einde van de avond herkende iedereen mij dan ook, kennelijk had de baas bij de eerste foto de presentatie stop gezet en even gezegd van dit is Lars, blabla. Bij de tweede zei hij, ah daar is onze Lars weer, toen de derde, weer, vierde, vijfde, enz. voorbij kwamen werd de hilariteit duidelijk. Het werd een beetje een ‘Where is Waldo’ ding en de content van de presentatie ging daardoor aan iedereen voorbij. Halverwege die avond heb ik nog gedurende 1,5 uur de keycard van alle liften en de hoofdingang van de Scotiabank in handen gehad, ik moest mensen binnenlaten die na 7uur arriveerden. De meeting vond namelijk plaats in het hoofdkantoor van de Scotiabank en die sloot automatisch en hermetisch om 7u, ik was de enige die de controle over de deuren en liften had! Daar stond ik dus, in de verlaten centrale hal van de gigantische Scotiatower en moest vreemdelingen naar binnen laten, bizar.

Een paar dagen na de AGM was het moment dan eindelijk daar, eindelijk na zo lang wachten, zo lang zonder elkaar te hebben geleefd, vaag ver weg contact te hebben onderhouden was ik dolgelukkig weer herenigd te worden met mijn wederhelft, de liefde van mijn leven, hetgeen waar ik ’s ochtends aan denk als ik opsta en ’s avonds over droom, de prachtige, altijd vriendelijke parel… VANCOUVER! Ohjah, en Simone was er ook…
Het beloofde een geweldige week te worden, volgens de weerberichten zat het weer mee en we hadden al wat plannen gemaakt om te doen in Vancouver. Geweldig werd de week echter niet, het werd super geweldig, helemaal krankzinnig top gewoon, ik had nooit kunnen verwachten dat alles zo mooi zou zijn en alles zo ongelofelijk mee zou zitten.

Simone is mij al voor geweest in het gedetailleerd beschrijven van alles in Vancouver, dus ik zal een paar hoogtepunten beschrijven. Te beginnen natuurlijk met het whalewatchen, in een open bootje sjeesden we de Georgia Strait over op zoek naar zwarte rugvinnen. De kapitein had volgens mij wel een afwijking, of eerder een tic, hij voer niet gewoon in een rechte lijn op het doel af maar stuurde eerst vol gas op een eiland af, dan als je dan dacht dat we te pletter zouden slaan op één van die eilanden (wat ik overigens niet eens zo heel erg zou vinden, ik wil stiekem uitgestrooid worden over dit gebied, en te pletter slaan, dus eigenlijk uitgesmeerd worden, komt daar aardig bij in de buurt) gooide hij het roer om en voer rakelings langs de rotsen, op naar het volgende eiland en een volgende bijna-dood-ervaring. Verder vond ik zijn hele vaarstijl inconsistent, hij bleef vaak te lang en onnodig links varen, hoewel het niet druk was op de weg vond ik dit toch een ergernis. Genoeg over de vaarstijl van de kapitein want na 1,5 uur kwam onze maritieme biologe, de tourguide naar voren en informeerde ons dat er orca’s gespot waren en dat we ze over 10 minuten moesten kunnen zien. Simone zag de eerste rugvin, waarmee zij de weddenschap won en ik op een biertje moest trakteren (wat ik nooit gedaan heb omdat ze het vergeten was, wat niet erg is omdat ik de weddenschap van mooiste foto won voor een biertje en daar ook nooit iets van bier voor gehad heb). Truus bioloog zag onmiddellijk dat het ‘travellers’ waren, geen ‘residents’ en herkende tot mijn verbazing ook de orca’s, het waren ‘Dirk’ en ‘Mies’ (geen idee meer hoe ze ook alweer heetten maar ze kende de beesten dus). Meteen stak ze van wal dat het groepsdieren waren en blabla, hele verhalen over waar ze heengingen enzo, mij kon het weinig interesseren, ik stond kwijlend en trillend gespannen naar het water te kijken, camera in de aanslag om die dieren nu voor eens en altijd vast te leggen. Steeds dichterbij kwamen ze, het was prachtig, halverwege besloot ik dan ook mijn camera uit te doen en gewoon te genieten, wat ik 3 minuten volhield want het was gewoon te mooi om niet met de wereld te delen. Op het laatst kwam er een orca vlak langs de boot, ik had volledig ingezoomd, klikte en viola, een superfoto om uit te vergroten en in de slaapkamer te hangen. Hierna keerden we alweer terug, we hadden volgens de biologe 1,5 uur daar bij die orca’s rondgebanjerd, wat ik eerst niet geloofde maar toen we pas om 5uur weer in Vancouver aankwamen en we dus 6uur weg waren geweest, wel moest geloven. Zo blij als een kind gingen Simone en ik toen ‘even’ een biertje drinken aan de kade in het zonnetje op Granville Island. Van dat ‘even’ maakten we snel ‘nog langer’ totdat we uiteindelijk met een bord vol eten, een tweede pitcher bier en desserts eindigden, daarmee van ‘nog langer’ ‘nachtwerk’ maakten. Een mooie afsluiting van één van de mooiste dagen uit mijn leven.

De dag erna stond in het teken van mijn verjaardag, wederom een unicum. Ik heb mijn verjaardag (19 maart) nog nooit in juni gevierd, wat ik vanaf nu wel ieder jaar wil gaan doen, op dezelfde plek, op dezelfde manier. Simone had voor ons een rondleiding door de Granville Island Brouwerij geregeld, dit is één van de weinige Canadese brouwerijen en Granville Island maakt één van de nog schaarsere goede Canadese bieren. We werden rondgeleid door een klein, iel meisje met een piercing in haar neus, vanaf het eerste moment zette ze de toon al: ‘Dit is een kleine tour, hierna weet je nog niet hoe je bier brouwt, je bent hierna geen expert, je mag niet onbeperkt drinken, krijgt maar 3 proefbiertjes na de tour en haal het niet in je hoofd foto’s te maken met mij erop, zelfs niet van mijn elleboog’. Als we naar aanleiding van haar introductie ons geld terug wilden, kon dat nog… ZOEF, hoorde je dat klein verbitterd door je neus gespiest wicht? daar gaat je fooi! Ze vertelde in een razend, monotoon tempo hoe alles werkte, halverwege kregen we twee soorten mout in onze mond gepropt waar ik nu nog stukjes tussen mijn tanden vandaan haal en na een rondleiding die net iets langer duurde dan haar introductie werden we met z’n allen aan een tafel gezet waar zij ons even ging vertellen wat voor bier we gingen proeven. Hiervan was er één de gewone ale, die je overal krijgt en niet bijzonder is. Toen ik Simone’s betreurde gezicht zag besloot ik in te grijpen en op te staan voor de groep tegen de tirannie, ik vroeg haar of we niet de speciale ‘Imperial IPA’ konden proeven. Nouhou je had haar gezicht moeten zien, het was al verminkt door dat staal in die neus maar nu was het echt op het demonische af giftig van woede. Met een autistisch gesputter alsof haar systeem vastliep probeerde ze excuses te vinden om ons gewoon die onsmakelijke ale voor te zetten, gelukkig begon de groep ook instemmende geluiden te maken en kon het ‘geen elleboog foto's’-murmel niet anders dan het speciale bier halen. De smaak viel flink tegen, vreemd genoeg smaakte de ‘cream ale’ het beste en hier heeft Simone dan ook een paar flesjes van gekocht voor het volgende… de picknick.

Jawel mensen, we gingen picknicken. Als er iemand is die normaal gesproken gruwelt van de gedachte aan op de grond zitten of liggen in een park, ben ik het wel, maar de plek waar we gingen picknicken, oh daar mogen ze mij onverdoofd opereren, daar laat ik mij lachend door iemand beroven en daar kan ik vrolijk in één middag het saaiste boek aller tijden uitlezen, Louis Couperus’ ‘Van Oude Mensen de Dingen die voorbijgaan’. Deze plek is English Bay, als ik ergens wil wonen is het hier en picknicken is een goed begin! De picknick was goddelijk, zalm, wraps, couscous, kaas, fruit, olijven, en nog zoveel meer, hier had met gemak heel het Congolese volk van kunnen eten, dus was het uitermate geschikt voor Simone en mij. Urenlang hebben we erover gedaan, in de verte de zon zien zakken tussen de bergen die boven de zee uittorenden, weerkaatsend op het spiegelgladde water met achter ons de mooiste stad op aarde, genietend van heerlijke couscoussalade en quinoa-tuna-wraps, stiekem lurkend aan een in een zak verstopte fles Granville Island bier en in de verte gitaarmuziek van hippies op het strand, oh wat een geweldige verjaardag!

De roadtrip naar het noorden was ook een superervaring. We hadden voor 2 dagen een auto gehuurd en konden voor een paar dollar een upgrade krijgen naar een fonkelnieuwe Volvo V60! Logisch dat we (vooral ik) dit deden. Na een korte maar heerlijke rit door downtown Vancouver in dit racemonster kwamen we op de Sea-to-Sky-Highway, een prachtige, super onderhouden weg die langs de Pacific liep met om de paar kilometer uitzichtpunten. Over een rit die normaal gesproken 1,5 uur duurt deden wij de hele dag. Om de zoveel kilometer gingen we weer van de weg af om foto’s te maken en van het uitzicht te genieten. Op een gegeven moment kreeg Simone een onbedwingbare drang een nietszeggend zijweggetje in te gaan, ondanks een bord waarop stond dat deze weg uitsluitend toegankelijk is voor 4x4 auto’s, reden wij in onze laaghangende sportbak het weggetje in. Kuilen ontwijkend, scherpe stenen vermijdend toerden we langzaam het weggetje af, Simone ziet ineens iets zwarts oversteken, ik denk bij mijzelf, ze ziet dingen die er niet zijn, het wordt tijd dat we iets gaan eten. Op de plek waar Simone dat zwarte geval zag oversteken ligt een megasteen die ik moet ontwijken, dus zonder enige reden kijk ik in mijn buitenspiegel en over mijn schouder (alsof er op die verlate weg auto’s in mijn dode hoekspiegel zitten), en daar zag ik het: EEN BEER IN EEN BOOM! Gillend als een meid laat ik Simone weten wat ik zie, dat is de laatste plek waar je een beer verwacht, serieus een beer in een boom… Na een rit voorbij nog meer beren en het Olympische dorp Whistler kwamen we aan in Pembleton. Na een late snack bij McDonalds en bier gekocht te hebben bij een separatistische British Columbiaanse nationalistische hillbilly, kwamen we helemaal tot rust op het geweldige terras van ons hotel, die we helemaal voor onszelf hadden. Rust hadden we nodig want de volgende dag gingen we Joffre Park bedwingen…

Joffre Park, wat een tocht was dat! In de boekjes staat dat het medium-lastig is en goed aangegeven, ik vraag mij oprecht af wat dan advanced-lastig is, Mount Everest, snelweg naar Luik? En goed aangegeven? Roze lintjes aan bomen moesten ons naar boven leiden, maar zoals wel vaker in de natuur kan gebeuren, vallen bomen om en dan krijg je scenario’s dat toeristen (wij dus) van het pad geraken en zelf een levensgevaarlijke klim de verkeerde kant op gaan doen om dan aan de verkeerde kant van een steile, snel stromende, ijskoude rivier terecht te komen waar toeristen (nog steeds wij) dan over gladde steentjes hun leven moeten wagen om terug te komen. Al met al was dit dus een zeer vermoeiende tocht, maar toch zeker de moeite waard. Wat we daar allemaal aan natuur gezien hebben is geweldig. Het ene halve uur sta je tot je enkels in de sneeuw, dan zie je geen hand voor ogen en breek je je nek over uitstekende wortels in een naaldbos, daarna moet je van de ene steen op de andere springen naast een ravijn, uitkijkend over een dal met rivier, dan loop je een tijdlang in de volle zon, vervolgens beklim je letterlijk op handen en voeten een berg om tenslotte bij een van god verlaten ijsblauw meertje aan te komen waar vogels zo niet aan mensen gewend zijn dat ze op je komen zitten en je de vissen gewoon ziet zwemmen, met uitzicht over gletsjers en eindeloos veel bossen. Op de terugweg kwamen we de ene na de andere Duitser tegen die ons raar aankeken dat we alweer terug gingen. Terug bij de auto aangekomen zagen we dat we het grootste deel van de dag weg waren geweest en moesten alweer vertrekken naar Vancouver.

De tijd in Vancouver is echt omgevlogen, voor mijn gevoel is de vakantie in Vancouver gewoon één grote layover geweest, ik kwam aan op Vancouver Airport, had even tijd en moest diezelfde dag weer terug, zo voelde het. Aan de andere kant, als ik de foto’s terugzie en Simone’s blog lees krijg ik het gevoel dat ik een half jaar daar geweest ben. Al met al een ongelofelijk mooie reis dus, waarin het weer continue meezat, we alle dieren gezien hebben die er te zien waren en het ook samen super hebben gehad. Je zou bijna geloven dat god mij goed gezind was deze week, bijna want op het einde bladderde mijn voorhoofd af van de verbranding en gloeide mijn portemonnee nog na van al het geld dat er uit getrokken was… Toch, was het allemaal meer dan waard!

  • 12 Juni 2013 - 20:59

    Loes:

    Hoi Lars

    Wel fantastisch daar in Vancouver. Te gek,dat jullie zomaar een beer en orca's zien.
    Ben wel een beetje jaloers op jullie,hoor.
    Nou allebei weer hard aan het werk,zo te horen.

    Groetjes

    Loes

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Lars

Actief sinds 27 Maart 2013
Verslag gelezen: 268
Totaal aantal bezoekers 10801

Voorgaande reizen:

19 Maart 2013 - 02 Augustus 2013

En daar zijn we weer!

Landen bezocht: