Toronto's openbaar vervoer: een case study - Reisverslag uit Toronto, Canada van Lars Oorsprong - WaarBenJij.nu Toronto's openbaar vervoer: een case study - Reisverslag uit Toronto, Canada van Lars Oorsprong - WaarBenJij.nu

Toronto's openbaar vervoer: een case study

Blijf op de hoogte en volg Lars

06 Mei 2013 | Canada, Toronto

Openbaar vervoer in Toronto is een hel en de TTC (Toronto Transit Commission) is de duivel die reizigers met een gloeiend hete drietand in de rug prikt. Jaja, overdrijven doet ie zeker weer denkt de lezer misschien, maar dit is de waarheid! Hoe? Dat lees je hieronder:

Toronto is de 4e grootste stad van Noord-Amerika en heeft slechts 2 metrolijnen. Ter vergelijking, Berlijn: half zo weinig inwoners, 4x zoveel metrolijnen. Iedere doordeweekse ochtend is het voor mij hetzelfde, in de drukte wachten op de metro. Na 1 of 2 volgepakte metro’s, die dus ook keihard doorrijden, wring ik me in een minder volgepakte metro om dan gedurende 15 minuten tegen een gammel deurtje te staan bidden dat het metaal mijn gewicht houdt en ik niet met 80km/u achterover tegen de voorbijrazende muren uitgewreven word. Iedere kleine verandering van richting die de metro maakt gaat gepaard met een vreselijk krijsend, schreeuwend geluid van schurend ijzer, mensen grijpen en masse naar hun hoofd, bonken het tegen de ruiten, schreeuwen in hun kranten of kijken wanhopig naar boven hopend op goddelijke interventie. Ik zet dan maar een nummer van Wolter Kroes op volle toeren in een vruchteloze poging om zijn gejengel het gekrijs van de metro te laten overstemmen.

Eenmaal aangekomen in Union Station ga ik in de rij voor één van de twee trappen staan om naar boven te worden geduwd door de mensenmassa, deze rij duwt mij vervolgens verder het station in totdat ik, als een pad op de snelweg gedurende de paddentrek, van rij moet wisselen. De drukte neemt op dit moment wat af, in de zin dat ik mijn voeten vrij kan bewegen en niet constant tegen mijn schenen getrapt word, maar nu nader ik de bouwput rond Union Station. In toeristenboekjes staat Union Station als trekpleister, ik heb de foto’s gezien van hoe het eruit zag in 1912, vlak voor de bouw begon denk ik. Tegenwoordig is dit een zandkuil met steigers en drilboren overal, wat op de vroege ochtend, of op de late middag je geen goed doet! Op rustige momenten zie je wel eens toeristen de hoek om komen met een kaart om zich heen kijkend, zoekend naar het prachtige Union Station wat dus vergaan is met bouwactiviteiten, lullig een foto maken, van het moet maar, en heel snel weer weglopen. Ik geef deze mensen groot gelijk. Dat terzijde, nu betreed ik de bus die mij via Waterfront en Queen’s Quay naar mijn plaats van bestemming brengt. Positief hieraan is dat ik kan zitten, beter zelfs, ik kan mijn laptoptas met daarin mijn 15.000 inch grote, 36 kilo wegende laptop neerleggen. Hier is helaas al het positieve wel mee gezegd.

Deze rit is een ware overlevingstocht, hij brengt me namelijk door de tweede grote bouwput van Toronto, Waterfront en Queen’s Quay. Iedere dag is het weer een verassing welk deel van de weg afgesloten is en hoelang ik erover doe. Erger nog is dat er hele stukken asfalt van het wegdek afgeschraapt zijn, waar de buschauffeur het gas niet voor loslaat. Het gevolg kan ik omschrijven als een combinatie van de Montezuma attractie in Six Flags (of Walibi World of weetikveel hoe dit pispark nu weer heet), de landing van een Soviet-Tupolev-vliegtuig op de snelweg van Maastricht naar Luik en een schop onder je kont van een drilsergeant met stalen neuzen. Aanvankelijk koos ik ervoor in het midden te zitten omdat het Montezuma-effect (het gevoel in je buik als je een vrije val maakt) wat minder is, een beetje zoals die Halve Maan attractie in de Efteling, als je aan de voor- of achterkant zit voel je meer dan in het midden. Later besloot ik toch achterin te zitten omdat je dan hoger zit en met de bestuurder mee kunt kijken zodat je de kraters aan ziet komen en erop kan anticiperen door half op te staan en te proberen mee te bewegen met de bus. Kapot kom ik tenslotte aan bij mijn werk waar ik eerst een half uur moet recupereren van mijn ochtendgymnastiek. Serieus, Olga Commandeur van NL in Beweging, kom eens kijken hier in plaats van te stappen op je plaats met een stoel in je tekken.

Alsof dit niet erg genoeg is allemaal, is het zo langzamerhand traditie dat er vertraging is, bij het betreden van het metrostation wordt je al verwelkomd door een vrolijke mannenstem: ‘Good morning customers on the Yonge-University-Spadina subway line, we are currently experiencing delays due to a)collision, b)emergency construction work, c)smoke detection, d)ongoing police investigation, e)signal or switch malfunction’ en ik kan zo het alfabet nog wel verder afgaan.

Je zou zeggen dat ik er nu wel aan gewend was, dat dacht ik ook maar wat ik vandaag toch weer meemaakte sloeg alles!
Het was heerlijk weer en ik besloot naar een park te gaan aan het water, boekje lezen, uitrusten van de hectische week en het uitgaan de dag ervoor. Ik dus het metrostation in en jawel, daar was de TTC mannenstem weer ‘Dear customers on the… blabla’. Wegens werkzaamheden tussen St. Clair en Union geen metroverkeer naar het zuiden, wel reden er extra TTC bussen buiten het reguliere zondagsrooster. Nou, goed gemutst dan maar naar de bushalte lopen, het was lekker weer dus een busrit is ook wel leuker dan een donkere metrorit, dacht ik zo. Na 45 minuten wachten, nog geen bus, de mensen om me heen begonnen ook al te klagen (voor Canadezen is dat heel bijzonder). Wat bleek, in verband met de Toronto Marathon reden er tot 5u ‘s middags geen bussen southbound. Iets minder goed gemutst besloot ik daarom naar de streetcar te lopen, de streetcar is een tram die op IEDERE straathoek stopt, vaak is het stoplicht dan nog groen maar tegen de tijd dat de laatste bejaarde zich naar binnen gesleept heeft, is het licht alweer bloedrood. Voor mij is dit een kwelling, ik zit me vanbinnen op te vreten als ik in de streetcar zit en als ik uitstap ben ik vaak kaal en nagelloos van de wanhoop. Toch, vandaag was een mooie dag dus ik dacht dit wel aan te kunnen, zowaar de streetcar stond al te wachten toen ik aankwam dus dat was fijn!

We waren nog geen drie haltes verder of we kwamen in een megafile terecht, heel Toronto wilde net als ik naar het water en deed dit in hun 4x4 pick-uptruck met boten en aanhangers. Ruim een half uur later zat ik nog tegen dezelfde Kebabzaak aan te kijken terwijl de zon in mijn gezicht scheen en de temperatuur in de streetcar naar saunatemperaturen opgelopen was. Het boek dat ik aan het lezen was zweette zelfs inkt! Volgzaam als ik was stapte ik toen maar met de rest van de reizigers uit en vervolgde mijn reis te voet naar het beloofde land. Als een ware nomade strompelde ik straat na straat, blok na blok richting de verkoeling van het water en de rust van het park, ik kon mijn ipod niet meer indoen omdat mijn oortjes mijn oren uit dropen. Ik begon honger te krijgen en bovenal dorst, gezien de kosten van mijn laatste avond uit weigerde ik echter geld aan iets uit te geven. Wanhopig en niet langer goed gemutst hakte ik de knoop door en besloot terug richting huis te gaan, naar een park wat misschien niet aan het water lag maar waar ik in ieder geval terecht zou kunnen komen en, naar alle waarschijnlijkheid een zitplaats had.

Het verkeer terug was rustig dus ik begon mij alweer een beetje beter te voelen, de streetcar ging ook best snel en de bejaarden bleven binnenshuis met deze hitte. Plotseling, een omroep: ‘Due to a collision on Sullivan we will divert east on Dundas, north on Bathurst and then back west on College’, een enorme omweg. Streetcars rijden namelijk op rails, die niet over alle straten gaan dus deze ‘diversion’ was alsof je via Warschau van Amsterdam naar Den Haag rijdt. Op dit moment had ik er echt flink de balen van, mijn goede gemutstheid was volledig vergaan en chagrijnig keek ik voor me uit terwijl we bijna een uur door de crackbuurten van Toronto reden. Bij iedere stop moest de chauffeur vertellen dat hij niet de normale route zou rijden, en toch stapten er mensen in die dan vervolgens boos werden als de chauffeur de verkeerde kant op ging. Er volgde dan een discussie op z’n Canadees van: ‘Oh Im sorry if I misunderstood you, yeah well Im sorry too I should have known people were listening to music, no Im more sorry buddy, no worries there buddy he are you a Blue Jays fan? Yeah in fact I am GO BLUE JAYS ok I think I will get off now eh, are you sure buddy? Yeah I am sure thanks so much, you are welcome have a nice day, yeah you too the weather is great eh? I know eh I have to work however, oh yeah Im sorry buddy hope you can enjoy your evening, well thats ok I love my job you know talking to people driving around Toronno eh, awesome buddy take care, enjoy your afternoon, bye bye, bye now, cheers, see you.' Heel leuk die vriendelijkheid hier! Bij iedere bocht moest de chauffeur ook nog uitstappen met een ijzeren stok om de wissels anders te leggen, erover heen te rijden, weer uit te stappen om de wissels weer goed te leggen voor de volgende tram enz. Uiteindelijk kwamen we via de diversion from hell aan op Spadina Street, de gewone route. We reden de bocht door en knal, de motor viel uit, meneer de chauffeur vertelde ons vrolijk dat hij iets te hard de bocht genomen had en dat de connector daardoor van de stroomdraden was afgebroken. Lachend en knikkend reageerden de Canadezen hierop terwijl ik stomend van woede de roest van de stoel voor mij begon af te peuteren. Eerst probeerde meneer de chauffeur dit te fixen door met een stok tegen de connector aan te rammen, dit lukte niet, waarna hij met een laddertje het dak op klom om het zo te fixen, dit lukte wel en het eindstation kwam al in zicht!

Mijn goede muts ging weer op en ik genoot van de bekende gebouwen in mijn fijne buurt, in de wetenschap dat niks nu meer fout kon gaan en dat ik binnen 10 minuten water tot mijn beschikking had en een vette boterham met pindakaas naar binnen kon werken. We reden het eindstation in, gingen even onder de grond, maakten een bocht en stopten… FILE!!!

Het liefst was ik opgestaan, de streetcar uitgestapt, via het trapje de streetcar beklommen en de stroomdraden vastgegrepen. Helaas mochten we in de ondergrondse gang niet uitstappen... Zonder een park gezien te hebben stormde ik naar huis toe om een koude douche te nemen en in bed te liggen janken. Natrillend van woede heb ik dan maar het laatste uurtje zon tot mij genomen op ons dakterras, mezelf afvragend wat mij bezielde om op mijn vrije dag met de TTC te reizen... Morgenochtend vroeg sta ik zeker weten weer half suïcidaal in de metro, starend naar een bord wat zegt: 'Thinking of suicide? There is help'. Het verwijst naar een blauwe knop op het station waar je confidential en free kunt praten. Gezien de hel die reizen hier is, vind ik het meer dan logisch dat de TTC dit op ieder station heeft hangen...


(zie foto hieronder)



  • 06 Mei 2013 - 12:43

    Loes:

    Hoi Lars

    Wat een gedoe.Kun je niet gewoon met de fiets? Of is een fiets in Canada onbetaalbaar?
    Misschien kun jij nog goede optie's aandragen om het openbaar vervoer te verbeteren.
    Veel succes en plezier verder.
    Groetjes
    Loes

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Lars

Actief sinds 27 Maart 2013
Verslag gelezen: 288
Totaal aantal bezoekers 10807

Voorgaande reizen:

19 Maart 2013 - 02 Augustus 2013

En daar zijn we weer!

Landen bezocht: