Risico (reizen met Air Asia) naar Kuala Lumpur - Reisverslag uit Kuala Lumpur, Maleisië van Lars Oorsprong - WaarBenJij.nu Risico (reizen met Air Asia) naar Kuala Lumpur - Reisverslag uit Kuala Lumpur, Maleisië van Lars Oorsprong - WaarBenJij.nu

Risico (reizen met Air Asia) naar Kuala Lumpur

Blijf op de hoogte en volg Lars

25 Februari 2015 | Maleisië, Kuala Lumpur

Na slechts 3 weken in Manilla vertoeft te hebben vloog ik afgelopen vrijdag alweer naar Kuala Lumpur. Dit in verband met mijn visum. Ik vloog daar naartoe met Air Asia, de Ryanair van dit werelddeel… Deze maatschappij is in één woord te omschrijven als: crack, het is absoluut belachelijk, dit is by far de allerallerallerslechtste vliegmaatschappij waar ik ooit mee gevlogen heb. Voor mensen die hun leven ook maar enigszins waarderen, raad ik vliegen met deze maatschappij ten zeerste af.
Mijn reis begon nou ook niet denderend goed. Rond het middaguur nam ik een taxi vanaf het werk in Makati naar het vliegveld. Ik ging voorin zitten (wat ik zelden doe) en trof zowaar gordels aan (die er zelden zijn). Gordels omgedaan, en gelukkig maar, want onderweg naar het vliegveld, op een kruising wilde mijn taxi snel invoegen terwijl een andere taxi juist dacht snel van rijbaan te kunnen wisselen en zodoende voor mijn taxi te kruipen, het resultaat… piepende banden, een harde knal en frontale botsing. Ik weet zeker dat als ik mijn gordel niet om gedaan had, dat ik op zijn minst met een hersenschudding in het ziekenhuis was beland. De taxichauffeur sprong direct uit de auto en begon de andere verrot te schelden, het duo vocht als kinderen; trok aan elkaars shirt, duwde elkaar, schold, maakte gebaren maar zodra het pijn deed stopten ze. Dit hele tafereel speelde zich af in een Filippijnse shanty town en ik begreep al snel dat de taxi niet verder zou rijden. Ik stapte dus uit en ging wanhopig op zoek naar een nieuwe taxi in dit sloppendeel van Manilla. Gelukkig kwam daar al snel mijn ridder in de witte auto de hoek (waar een zwerver plastic flesjes aan het tellen/leegdrinken was, iemand autobanden aan het verbranden was en een vrouw half aangevallen werd door katten) omgereden, die mij naar het vliegveld bracht.
Eenmaal op het vliegveld aangekomen liep ik naar international departures, één deur met daarachter direct een koffercontrolestationnetje. Ik mocht er echter nog niet binnen, de vlucht naar Kuala Lumpur kon pas om 13u naar binnen. De bewaker wees mij naar de rij die zich tot over de parkeerplaats buiten uitstrekte. Daar stond ik dus, met mijn pak aan, een loodzware tas op de schouders, een fermenterende tonijnsalade en zwetende grilled cheese sandwich in de hand, in de brandende zon te wachten tot ik naar binnen mocht. Binnen aangekomen was er welgeteld één gang waar alles gebeurde, koffercontrole (één rolband), incheckbalie (één man achter een klein bureautje met een Windows 95 computer), douane (twee mensen die je paspoort niet eens opendoen), vertrekhal (kleine ruimte met rijen stoelen, een altaartje waar mensen Maria vragen hun bij te staan op de vlucht en een indoor kipgrilstation waar ze ook soep verkochten, de gril en soeplucht kreeg iedereen in de hal van het huis). Er was geen enkele vorm van vermaak in de vertrekhal, gelukkig hadden ze wel een zeer summiere internetverbinding, dus kon ik met het net wakker wordende thuisfront appen. Na hier ruim een uur gewacht te hebben konden we, met een vertraging van slechts 10 minuten, boarden. Er werd vriendelijk verzocht of de mensen met stoelnummer 1 tot 5 naar voren wilden komen, ik had nummer 6 dus bleef volgzaam en gezagsgetrouw zitten wachten terwijl om mij heen zich drommen mensen verzamelde (stuk of 50) die allemaal op stoelnummers 1-5 moesten zitten. Toen ik kort nadat de enorme mensenmassa weggewerkt was om mij heenkeek zag ik dat er nog alleen maar een enkele Westerling verbaasd om zich heen keek waarop ik besloot ook te gaan boarden. En hier begon alle ellende.
Ik liep het vliegtuig in en zag tot mijn grote schrik dat de beenruimte miniem was, ik ging zitten en paste gewoonweg niet in de stoel (qua lengte dan, qua breedte had ik geen biertje meer moeten drinken in Nijmegen). Met mijn knieën diep in de stoel voor mij gedrukt, mijn benen schuin gekronkeld in het gangpad geplaatst en met mijn achterste bungelend boven de zitting (ik bleef gewoon hangen tussen de rugleuning en de stoel voor mij) smeekte ik de bemanning of ik niet voorin kon zitten. De vlucht was namelijk vrijwel leeg, er zat slechts 1 vrouw voorin en de eerste 5 rijen achter haar waren leeg, daar zat ik met een Canadees en nog enkele andere mensen achter ons. Van stoel wisselen was helaas niet mogelijk volgens de steward omdat dit ‘extra-pay’ stoelen waren. Ik vertelde hem dat ik nooit verwacht had dat de stoelen zo krap zouden zijn en dat ik in het vervolg met alle liefde het vijfvoudige betaalde als ik maar in een stoel pas! De Canadees (een klein blond keffertje) viel mij bij en zij dat het ‘outrageous’ was dat ze zo met hun klanten omgingen en dat ze zich ‘no harm’ kon voorstellen als ze mij voorin lieten zitten. Na deze typisch Westerse in-your-face benadering bond de steward in en liep met mij mee naar de stoelen voorin waar ik wel inpaste. Blij zat ik zo, nog steeds niet enorm luxe, plannen te maken voor wat ik die avond in KL ging doen. Van mijn plannen zou weinig terecht komen, er stond ons namelijk een mega-vertraging te wachten. Zonder dat er iets omgeroepen werd, stonden we anderhalf uur te wachten bij de gate terwijl monteurs af en aan liepen. Uiteindelijk mompelde de piloot na anderhalf uur iets van een failure met de sensoren, waardoor dit vliegtuig misschien niet kon vliegen, estimated delay: 8u! Gelukkig kon de monteur toch nog de sensoren fixen, althans dat hoop ik, voor hetzelfde geld had de piloot zoiets van ‘fuck this shit’ (Pauw: 2015), ik vlieg wel zonder sensoren. Maar goed, het resultaat was dat we met 2u vertraging vertrokken uit Manilla.
De crack van Air Asia had zich echter nog niet genoeg bewezen want voordat we daadwerkelijk met volle kracht over de startbaan sjeesden donderde er al een bagagebak open. Omdat we aan het accelereren waren kon niemand hem sluiten dus hij kletterde op en neer. Zodra we opstegen en stijl achterover hingen flikkerde er twee plastic flesjes water (van de bemanningsleden, waarnaar ik vanaf nu refereer als vliegTUIG) en een, gelukkig lege, theepot van de keuken voorin het vliegtuig, langs mijn benen de hele cabine door. Eenmaal op cruising altitude begon de caTEERING (catering van Air Asia), een ruime selectie uit maarliefst één chicken sandwich (van 18-02-2015, twee dagen over de datum), vijf blikjes cola, stuk of drie brownies en een tweetal pringles busjes, wederom crack de la crack dus. Eenmaal goed en wel in de lucht, brownie achter de kiezen, ranzig bakje crakkie (Air Asia koffie) aan je lippen, je vraagt je af wat kan er, op keihard neerstorten na, nog misgaan hier… nou het volgende:
De taxfree meuk moest langs en de stewardess die het karretje duwde, sloot het gangpad naar de cockpit af met een voedselkar, die het dunne vrouwtje op slot zette met haar voet, terwijl ze in het gangpad van de cabine stond. Heel abstract maar je moet je voorstellen dat ze de weg naar de cockpit, uitgang aan de voorkant en het keukentje voorin blokkeerde door met haar voet net onder de kar deze op slot te zetten, waardoor ze de bewegingsvrijheid van haar voet, noodzakelijk om het karretje van het slot te halen, niet meer had en zich, samen met de reizigers, feitelijk had ingesloten. Ai ai, paniek, na eerst een minuut of 10 verdoofd voor zich uit te hebben staan kijken, vol ongeloof dat haar dit kon gebeuren, wendde ze zich met een rood hoofd (nog roder dan haar pakje) tot mij. Ik werd vriendelijk verzocht om (jaja sarcasme: dankzij mijn lange benen) naar de telefoon voorin te reiken, deze aan de stewardess te overhandigen, die de piloot belde en deze vroeg het wagentje van het slot te halen. Aldus geschiedde en als bedankje kreeg ik een pakje (echt een minipakje waar we vroeger schoolmelk uit kregen) vruchtensap.
Na een 3,5 uur durende crack (vlucht met Air Asia), tiftte (landen met Air Asia) de idioot (piloot van Air Asia) de doodskist (vliegtuig van Air Asia) en verwelkomde het vliegTUIG (cabin crew van Air Asia) ons in Kuala Lumpur. Deze stad is precies het omgekeerde van Manilla, het is er 1) schoon, 2) goed georganiseerd, het is er 3) niet druk en je hoort er zowaar 4) vogels. Hiertegenover staat wel dat 5) de mensen zeer onaardig zijn. In Manilla worden klanten van alle kanten begroet met ‘goodafternoon sir’, in KL kijken ze je aan met een air van ‘we hebben je geld niet nodig, wij hebben olie’.
Van de gemaakte avondplannen kwam niks terecht, het was middernacht eer dat ik bij mijn hotel werd afgezet (beide homoniemen waren op de taxichauffeur van toepassing). De volgende dag (zaterdag) liep ik om half 8 in de ochtend al in de stad, ik kwam er al snel achter dat KL flink heter is dan Manilla maar besloot toch mijn sightseeing met de benenwagen voort te zetten. Ik liep in razend tempo van de ene sight naar de andere, haalde onderweg Duitsers met korte afritsbroeken en hoogopgetrokken witte sokken, Russen met dikke half ontblootte buiken en jonge blondines, Japanners met minikleine broekjes en parapluutjes en natuurlijk luid roepende (‘Ans, ans we motten deze kant op, Fred kom je ook? Lou en Marie zitten al bij het Mekkafee’= McCafe, niet een islamitisch zand strooiend vliegend wezentje) Nederlandse pensionado’s met uitgevouwen kaarten die duidelijk de weg kwijt waren, in. Rond lunchtijd kwam ik, totaal uitgeput, erachter dat ik alles wel gezien had. Ik ging dus terug naar het hotel en ben daar in slaap gevallen tot (heel typisch weer) etenstijd. Tegenover het hotel zat een pub waar ik fish and chips bestelde en mij langzaamaan, heel alleen, aangeschoten dronk aan Heineken. Voor het eerst in drie weken at ik iets Westers en dronk ik Heineken bier. Dit bier, in combinatie met de moeheid en allesverzengende hitte viel als een tequillashot op een 12-jarige, dus ik had de tijd van mijn leven! Toch nog op een redelijke tijd gaan slapen want de dag erna zou ik ’s ochtends naar de Batu Caves gaan, de must-see van KL. Een 40 ringgit kostende (€10,-) taxirit zette mij af aan de voet van de enorme trappen naar de grot. Naast de trap stond een enorm goudkleurig beeld van een hindoegod (dat denk ik), het was de bedoeling dat je je schoenen uitdeed en op blote voeten, de enorm hoge en steile trap, vergeven van de apen, vogelenpoep en etensresten beklom. Dit ging Lars dus even niet doen en gelukkig ook vele touristen met mij. De tocht naar boven was even afzien, in de bloedhitte, megadrukte en vergeven van de apen, een oude, steile, enorm hoge, stinkende en van rotzooi vergane trap beklimmen is niet bepaald iets waar ik (figuurlijk dan) warm van word. Boven aangekomen wist ik niet wat ik moest doen, mijn benen deden zeer dus ik wilde zitten maar dat kon niet omdat het zweet overal zat en moest bewegen voor de verkoelende werking van de wind, dit kon niet goed doordat overal mensen liepen, dan maar water drinken maar dit was ook een hele opgave omdat ik buiten adem was. De grot an sich was prachtig, wat de mensen ermee gedaan hadden was gruwelijk. Overal stonden foeilelijke kitscherige beelden, stalen vreettenten of souvenirwinkels en vrijwel overal lagen vuilniszakken te rotten, aangevroten door de hanen, ratten, apen en andere heilige leden van het dierenrijk.
Kuala Lumpur was zeer zeker de moeite waard, de stad is echt een van de mooiste die ik gezien heb en er hangt een sfeer van ‘hier gebeurd het’. Dit gevoel heb ik bijvoorbeeld niet als ik de Spar op de Hezelstraat in Nijmegen inloop… Na het uitchecken in het hotel zocht ik nog even mijn heil in de Starbucks op het terras. Opeens klonk er een godsgeslagen harde knal van een drum en volgde er een Chinese Drakendans. Qua muziek zou ik dit niet snel opzetten, het is een combinatie van keihard geram op een drum met op de achtergrond het hoge geklingel van tegen elkaar aan slaande deksels en het getik van bamboestokken met af en toe een zwaai op de gong. Toch was het indrukwekkend, de draak bestond uit twee Chineesjes die op elkaars nek sprongen (zodat de draak rechtop stond), mandarijnen van de grond pakten en uitdeelden aan publiek, heen en weer dansten en dat allemaal een soortement van op de maat voor zover er uit de muziek een maat te ontdekken viel. Na zeer enthousiast iedere second van de dans op film en foto vast te hebben gelegd (met een camera in de ene en mijn telefoon in de andere), stopte de Chinezen en kwamen met bakjes langs, ik wist meteen wat ik moest doen en verstopte mijn camera, staarde stoïcijns naar mijn telefoon en deed alsof ik hard aan het werk was.
Hierna nam ik de taxi naar het vliegveld, betaalde 30 ringgit voor een normal sized seat (seat upgrade bij Air Asia), stapte in de doodskist, begroette het vliegTUIG en tiftte 3,5 uur later weer fijn in Thank God We've Made It (Manilla voor Air Asia).

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Lars

Actief sinds 27 Maart 2013
Verslag gelezen: 322
Totaal aantal bezoekers 10801

Voorgaande reizen:

19 Maart 2013 - 02 Augustus 2013

En daar zijn we weer!

Landen bezocht: